Extern 1718
WLC 1
Ronde 1
Thuis | Uit | Score |
---|---|---|
Janssen , G. (Ger) (2208) | Medema , J. (Jeroen) (2159) | ½ – ½ |
Cauter de, W.G. (Wolfgang) (1958) | Bollen , G. (Guus) (2242) | 0 – 1 |
Schouten , E. (Eric) (1967) | Tang , C. (Charlie) (2097) | 1 – 0 |
Roufs , G.C.P. (Gerard) (1924) | Klomp , R.L.P. (Robert) (2062) | 0 – 1 |
Sofic , N. (Narcis) (1877) | Koymans , P. (Peter) (1980) | 0 – 1 |
Bersselaar van den, H. (Henri) (1859) | Jansen , I. (Ingeborg) (1962) | ½ – ½ |
Utama , I. (Ivan) (2084) | Brouwers , T. (Ton) (1839) | 1 – 0 |
Meinders , R.P. (Robin) (1732) | Simons , R.W.J. (Rudy) (1959) | 0 – 1 |
3 – 5 |
In de eerste wedstrijd van het seizoen was er al een beetje paniek bij de tegenstanders. Een groot aantal van hun basisspelers kon niet spelen, en er leken problemen te zijn om een compleet team op te stellen. Er werd dus verzocht vooruit te spelen. Ton werkte hier graag aan mee, maar moest het wel met een verliespartij bekopen.
Ton (bord 7):
Er werd gevraagd door Guus of er iemand vooruit wilde spelen, waarop ik mezelf aanbood als vrijwiliger. Dat betekende dat ik het mocht opnemen tegen Ivan Utama, een goede tegenstander zoals uit de partij bleek. Al vrij snel in de opening kwam er een koningsaanval op me af en die wist ik niet te stoppen, waardoor ik een stuk verloor en opgaf.
De vooruitgespeelde wedstrijd hadden ze gewonnen, maar de afwezigheid van een aantal sterke spelers heeft hun team danig verzwakt. Op alle overgebleven borden behalve bord 1 hadden we een duidelijk ratingvoordeel, en dat heeft zich geuit in de einduitslag.
Als eerste haalde Peter zijn punt binnen.
Peter (bord 5):
Vandaag mocht ik, ondanks mijn vele remises in het vorige seizoen, met de witte stukken aantreden. Na de opening stond het vrij gelijk, maar in het middenspel kon ik steeds meer ruimte pakken. Mijn tegenstander was niet bereid om te blijven verdedigen en besloot de stelling open te breken. Hier reageerde ik nauwkeurig op, en een paar zetten later had ik een eindspel met een prachtige loper en twee torens op de zevende rij. Dit leidde tot winst van een pion en, nog belangrijker, gaf mij twee verbonden vrijpionnen. Mijn tegenstander had genoeg gezien en gaf de partij meteen daarna op.
Niet lang daarna waren Guus, Rudy, Charlie en Robert klaar.
Guus (bord 2):
We kregen een stelling op het bord met een gesloten centrum waar Wit (mijn tegenstander) op de koningsvleugel speelde, en Zwart op de damevleugel. De witte stukken coördineerden echter slecht, waardoor de aanvalspotentie vrijwel nihil was. Ondertussen was de situatie voor Wit al onhoudbaar geworden op de damevleugel. Als desperado offerde mijn tegenstander dan maar een stuk op de koningsvleugel in de hoop genoeg aanval te hebben, maar ik wist de dreigingen keurig te pareren. 0-1
Rudy (bord 8):
Ik heb vanavond reeds de partij geanalyseerd o.a. mbv onze vriend “Stokvis” en ik val van de ene verbazing in de andere: ik had al simpel op de 15e zet pion d5 kunnen winnen middels Dd5: waarna het volgens Stokvis na Lg2 nog steeds gelijkspel is vanwege wits activiteit. Maar verder op in de partij gaf mijn tegenstander met het “briljante” (lees blunder) 25. c5 alsnog pion d5 weg ( bij elke andere zet had ie groot voordeel) , maar dit keer met goed spel voor zwart nadat ik met mijn paard op d5 had genomen met matbeelden bij de witte koning. Ondanks dat mijn stelling toen ineens straalgewonnen leek zou hij op de 27e zet middels Dh7: alsnog de zekere remisehaven hebben maar toen hij deze zet had gemist was het heel misschien nog ergens remise, ware het niet dat hij een toren teveel later ruilde, waarna het met mijn paard en vrijpion tegen pionnen simpel gewonnen was. Geen overwinning om trots op te zijn, maar kennelijk is dit mijn lot uit tegen ‘t Pionneke; vorig jaar wist ik eveneens een straalverloren stelling alsnog te winnen. 0-1
Robert (bord 4) kreeg na onnauwkeurig spel van de tegenstander een gewonnen paardeneindspel op het bord.
Charlie (bord 3) leek goed uit de opening te komen, maar werd overrompeld door een sterke koningsaanval.
De vier punten waren binnen, en nu was nog minimaal een halfje nodig voor de teamoverwinning. Jeroen had eerder al remise afgeslagen, in een stelling waarin hij meende risicoloos op winst te kunnen spelen. De stelling van Ingeborg leek ook nog binnen de remisemarge te zijn. Ingeborg maakte het nog spannend toen er enkele van haar pionnen verdwenen, maar wist uiteindelijk toch de remise binnen te halen.
Ingeborg (bord 6):
Vanuit een damepionopening bouwde ik een solide stelling op. Toen mijn tegenstander iets te gulzig via het flankzetje f5 het centrum probeerde af te breken kon ik zelf echter een sterk centrum neerzetten door niet terug te pakken maar juist een pion door te schuiven. Dit resulteerde in een vlotte uitbouw naar een positioneel veel betere stelling (computeroordeel -2.13):
Mijn begrip voor deze stelling bleek echter niet optimaal. Met een veel te traag plan om torens op de g-h lijn te krijgen en druk op te bouwen via de diagonaal b8-h2 liet ik mijn tegenstander langzaam vrij komen. De tijdnoodfase hielp hier niet aan mee. Een leerzame analyse met Dirk (en later de computer) leerde mij dat ik toch echt wel een keer had moeten pakken op d4 om zo lekker centraal de druk verder op te bouwen en mijn stukken te verbeteren. Het alternatief was spelen op mijn sterkere kant (de damevleugel).
Het resultaat van mijn uitgevoerde manoeuvres (richting de koningsvleugel) werd een afgebroken centrum met veel zwaktes voor mij. Uiteindelijk bleven de twee witte centrumpionnen over en verdwenen die van mij, compleet verloren stelling dus.
Na wat blunders van mijn kant had ik het geluk dat ook mijn tegenstander wat blunderde en met ongelijke lopers een van zijn centrumpionnetjes teruggaf. Het eindresultaat was dan ook remise.
Toen bleef de partij van Jeroen over. Zijn remise leek nooit in gevaar te zijn. Hij wist zijn kleine voordeel zelfs nog om te zetten naar een winnende stelling. Maar hij heeft het niet af weten te maken.
Jeroen (bord 1):
Sinds 13 juni 2006 heb ik niet meer zo’n lange partij gespeeld als deze eerste externe ronde tegen Ger Janssen. Er waren vele interessante momenten, maar ik begin de analyse met de stelling na de 51e zet van zwart:
Ik vond, ook al had ik maar een pion meer, en stonden deze allemaal op dezelfde vleugel, dat ik toch wel winstkansen had, want zijn koning was afgesneden, en ik had de loper van de goede kleur. Na van beide acht zetten stond de volgende stelling op het bord:
Hier was mijn oorspronkelijke plan om 59.Kg5 te spelen, maar ik vertrouwde 59..,Le7+ 60.Txe7,Txe7 61.Kxg6,h4! niet, en achteraf denk ik terecht. Ik speelde dus 59. Lg5 en na 59. …, Ld6 volgde er 60. h3, Lc5! Dit laatste was een listige zet, want na 61. g4?? zou zwart met 61..,Lf2 mat erg in zijn nopjes zijn. Ik speelde na even nadenken 61. f5 om zijn pionnen te ondermijnen; hierbij had ik eerlijkgezegd niet gezien dat ik na 61. …, Te4+ 62. Lf4 (niet g4??, weer wegens Lf2 mat), Le7+ een kwaliteit moest offeren met 63. Txe7. Dit is echter wél een gewonnen eindspel, maar heb ik dat op het moment suprème niet gezien.
In het volgende diagram ben ik aan zet, en wat ik in de zeer korte analyse achteraf wél zag, miste ik tijdens de partij.
Hier had ik met 68.g5+! de partij kunnen bekronen. Er volgt namelijk altijd 69.Lg7 en omdat de zwarte koning afgesloten is (velden f6-f8 zijn door mijn pionnen en loper bestreken) en de toren van zwart niet naar h8 kan, kan ik promotie gaan afdwingen en de partij binnenhalen. Ik speelde helaas 68. g7 en het is en werd remise (op de 82e zet). Toch een leuke partij!
Zo eindigen we de eerste ronde met een 5-3 overwinning. Een zeer prettig begin van het seizoen!
Ronde 2
Ook in de tweede ronde speelden we sterk en behouden we onze koppositie. Al vrij snel waren de eerste 4.5 punten binnen. Ingeborg en Guus waren nog wat langer bezig, maar konden hun partij niet meer redden. Ook waren we heel blij dat Nol in wilde vallen.
Rudy: Ik was er op gebrand om te winnen tegen Helmond; na de onnodige nederlaag in de laatste avondcompetitiewedstrijd waar ik in een straalgewonnen stelling door mijn vlag ging wilde ik snel een revanche voor mezelf; tevens was het belangrijk om deze wedstrijd te winnen willen we in de race blijven om het kampioenschap! Ik had me op 6 mogelijke tegenstanders voorbereid en natuurlijk kwam er een variant op het bord die Paul en ik al vaker hebben gespeeld. Weliswaar misschien niet precies dezelfde zetten en in dezelfde volgorde, maar het gaat ook vaak om het type stelling die op het bord komt; nu, ik had mijn type stelling en Paul was kennelijk niet of niet goed voorbereid, want hij gebruikte al vroeg zeeën van tijd en na 18. Pd5! ( jawel, weer Pd5!, zie artikel m.b.t. avondcompetitiewedstrijd) stond ik al erg goed; hij had het nog wel beter kunnen spelen dan in de partij, maar na de 24e zet gaf hij toch maar op in een kansloze stelling. 1-0
Charlie: Ik speelde met zwart tegen Jerzy Cebula. De opening was het doorschuiffrans variant met Ph6 en dan Lxh6. Op een gegeven moment haalde ik twee theoriezetten door elkaar en kreeg hij een klein plusje. Het was echter minimaal en na een tijdje (en een mindere zet) leverde hij die in. Uiteindelijk miste hij een trucje waardoor ik een pion won en ik kon hierdoor een zeer voordelig eindspel krijgen. In het eindspel blunderde hij ook nog en won ik een stuk. Hierna gaf hij op.
Nol: In een stelling waar niet veel aan de hand leek te zijn ging ik in de fout. Vervolgens deed mijn tegenstander een paar handige zetten en won verdiend. En daar laat ik het maar bij…
Peter: Ik kwam prima uit de opening, maar in het vroege middenspel werd ik langzaam weggespeeld. Mijn tegenstander kreeg een aanzienlijk ruimtevoordeel. Dit zorgde ervoor dat ik erg passief te staan met paarden op e8 en f8, maar het was voor hem lastig vooruitgang te boeken. Geleidelijk wist ik meer en meer stukken af te ruilen en de remise veilig te stellen.
Jeroen: In de opening kwam ik, met zwart, redelijk makkelijk gelijk te staan. Daarna wist ik regelmatig mijn stelling verbeteren, terwijl mijn tegenstander, Bart Dekker, bleef loeren op een kwaliteitsoffer tegen mijn koningsstelling, maar daar kwam het uiteindelijk niet van. Het resultaat was dat ik duidelijk beter te kwam te staan, en in zijn redelijke tijdsnood (nog 10 minuten extra voor 15 zetten) maakte Bart een blunder, waardoor ik een gratis aanval kreeg die ik zelfs kon afmaken:
In deze stelling had wit met bijvoorbeeld 26.Lh3,Tfc7 27.Le6+,Kh8 28.Tc3 de boel nog aardig kunnen keepen, ook al blijf ik beter staan. Hij speelde echter 26. Pc3? waarna ik zelfs meteen met 26..,Pxg3! had kunnen toeslaan (27.Lxg3,Lxe3 en 27.Kxg3,Lf4+ 28.Kh3,Lc8+ 29.Pg4,h5). Dat moet je dan wel zien. Mijn vervolg, 26. …, Pd3, met de bedoeling de zwartveldige witte loper (een verdediger van g3) te veroveren, was echter ook winnend: 27. Dd2, Pxf2 28. Txf2 (op 27.Dxf2 volgt ook:), Pxg3! Nu zag ik het wel, en het is uit. 29.Kxg3 verliest door 29..,Lf4+ 30.Kh3,Dg5 met ondekbaar mat. Er volgde nog 29. Kg1, Lf4 30. Pcd1, Dh4 31. Td3 (wanhoop), Lxd3 32. Dxd3, Tc1 33. Pc4, Tc7 34. Tc2 en nu vond ik het leuke 34. …, Txc4! 35. Txc4, Txd1+ en wit gaf op: mat is niet te voorkomen, met name 36.Dxd1, Le3 mat is de pointe.
Robert:
Guus: Vanuit de opening kwam ik al onder druk te staan. Dit leidde tot een besluit van mij om een risico te nemen en het een en ander te offeren voor kansen tegen de zwarte koning. Dat risico was geheel onverantwoord en had genadeloos afgestraft kunnen worden, maar mijn tegenstander maakte er nog een eindspel van waarin ik compensatie had voor een kwaliteit, waarbij het zwarte voordeel op het eerste gezicht helemaal niet meer zo duidelijk was. Het lukte me echter niet om de zwarte stukken buiten te houden, en uiteindelijk kon ik opgeven.
Ingeborg:
Ik mocht zowat als enige niet interne speler aantreden tegen onze nieuwe clubgenoot, die extern (helaas voor ons) nog voor een ander team uit komt. Eigenlijk heb ik een heel solide pot gespeeld. Op zet 19 deed ik na een blik op de overige borden een tactisch remise aanbod omdat mijn tegenstander nog maar 16 minuten had en ik nog bijna een uur. Hij sloeg het af omdat hij dacht dat hij wat beter stond (dat dacht ik ook, maar de computer oordeelt nagenoeg 0.00). Na dat moment ben ik zelf flink in de denktank gegaan, zeker voor het moment dat ik zelf overwoog om een kwaliteit te offeren. Hier heb ik uiteindelijk ook voor gekozen, en hier zou ik zelfs licht voordeel hebben. Met een sterk paard + een pion tegen een toren ging ik verder. Helaas naderde ook voor mij de tijdnoodfase en ging ik onnauwkeurig spelen, de stelling werd zo rampzalig dat mijn tegenstander voordeel tot +4 uitbouwde. Gelukkig voor mij moest ook hij zijn 40e zet snel doen en koos hij verkeerd zodat het weer een gelijke werd.
Uiteindelijk werd een heel interessant eindspel met de volgende “beginstelling” (wit aan zet en speelde b4):
Ik heb hier meerdere dingen overwogen, en meerdere dingen waren goed, maar niet mijn uiteindelijk gekozen plan. Ik speelde h3 gevolgd door Pe3+-Pg2 en Ph4 om de h-lijn te blokkeren, waarbij ik me in een tempo misrekend had en de toren nog net op tijd op c1 terecht kwam. De plannen met Kh6, Kg4 en ook f4 (met twee pionnen lopen) zouden allemaal moeten werken om in ieder geval remise te verkrijgen (hoewel geen simpel eindspel). Voor mij een reden om me weer eens te verdiepen in het Silman eindspelboek zodat ik dit een volgende keer hopelijk beter uitspeel. Al met al in ieder geval niet ontevreden over de partij tegen een taaie tegenstander.
Ronde 3
De Drie Torens |
WLC |
|||
---|---|---|---|---|
Kocken , W.G.R.M. (Wilbert) | 2087 | Bollen , G. (Guus) | 2234 | ½ – ½ |
Leemans , H.M.C.A. (Huub) | 2008 | Medema , J. (Jeroen) | 2172 | ½ – ½ |
Brink van den, W.J.F.M. (Willem) | 2003 | Tang , C. (Charlie) | 2103 | 1 – 0 |
Jansen , A.G.J. (Arnoud) | 1962 | Koymans , P. (Peter) | 1989 | ½ – ½ |
Feelders , A.J. (Ad) | 2010 | Klomp , R.L.P. (Robert) | 2081 | ½ – ½ |
Panjoel , B.J. (Bert-Jan) | 1952 | Simons , R.W.J. (Rudy) | 1988 | ½ – ½ |
Moorsel van, E.G.A.M. (Ernest) | 1676 | Jansen , I. (Ingeborg) | 1895 | ½ – ½ |
Brand , B.J.L.M. (Berry) | 1831 | Brouwers , T. (Ton) | 1834 | 0 – 1 |
Gemiddelde Rating: | 1941 | Gemiddelde Rating: | 2037 | 4-4 |
In de derde ronde mochten we tegen oude bekende De Drie Torens spelen. Na enkele remises verloor Charlie, en hadden we een achterstand
Peter: Na de opening kwamen we al snel terecht in een dameloos middenspel. Mijn tegenstander kreeg een iets comfortabelere stelling, maar ik wist zijn activiteit zonder al te veel moeite te neutraliseren. Op dat moment dacht ik dat ik iets beter stond en dat was ook het idee dat we naderhand in de analyse hadden. De computer geeft echter aan dat ik nooit beter heb gestaan. Na het ruilen van torens bood mijn tegenstander remise aan – en dat had ik aan moeten nemen. Ik speelde echter door en mijn tegenstander kreeg nog een mogelijkheid tot (klein) voordeel. Gelukkig miste hij dat en een paar zetten later bood ik zelf remise aan, wat werd aangenomen.
Jeroen: In de opening speelde mijn tegenstander een origineel plan, althans een plan dat ik nog niet kende. Mijn reactie was niet helemaal optimaal, ook al was er nog absoluut geen man overboord, en bleef de stelling toch wel ongeveer gelijk. Ondertussen gebruikte mijn tegenstander wel zeeën van tijd, en hij besloot rond de twintigste zet voor zetherhaling te gaan. Ik zag voor mijzelf niet echt een concreet plan, en ging dus hier maar op in. Achteraf, gegeven de uitslag en het feit dat er toch nog wel een leuk plan voor zwart inzit, had ik wellicht moeten doorspelen.
Charlie: Ik speelde met wit tegen Willem van den Brink. We kwamen in de Caro-kann terecht en ik speelde de doorschuifvariant die ik niet zo goed kende. Hoewel de stelling lang in balans bleef maakte ik ergens in het middenspel een positionele blunder, waardoor hij een meerderheid op de damesvleugel kreeg en paard-loper tegen mijn paardenpaar. Dit had ik kunnen voorkomen door een simpele paardenmanoeuvre en door geen dames af te ruilen. In het eindspel werd ik zonder enige tegenspel te hebben, rustig van het bord geduwd. Nadat hij uiteindelijk ook nog materiaal won en dus een totaal gewonnen stelling kreeg, gaf ik op. Al met al was het een verschrikkelijke partij die ik nooit meer mag vergeten.
Ingeborg: Ik mocht met wit tegen een invaller aantreden. Prima begin waarin ik gewoon met een lekkere en makkelijk speelbare stelling uit de opening kwam, ik had vooral ruimtevoordeel. Ik was goed op weg met het creëren van een tweede zwakte, maar zag daarbij een simpele tactiek over het hoofd wat me een centrumpion kostte. Ik had nog enige tijd wat compensatie in de vorm van een betere ontwikkeling en druk, maar mijn tegenstander kon zich er langzaam uit manoeuvreren.
Uiteindelijk een hopeloos verloren stelling waarbij ik een tweede pion zou verliezen en de centrumpionnetjes van mijn tegenstander op termijn niet meer te stoppen zouden zijn (computeroordeel -2.6). Tot mijn verbazing bood hij op dat moment remise aan; een belangrijk halfje cadeau aan ons team wat ik dan toch maar dankbaar accepteerde (zij het niet met trots).
Gelukkig hadden we ook nog een winstpartij, en wel van Ton.
Ton: Ik speelde op bord 8 en kreeg Berry Brand tegen. Hij speelde Engels en kreeg op de damevleugel wat ruimte door zijn pionen naar voren te gooien. Uiteindelijk ruilde ik mijn paard voor zijn paard op d5 waardoor hij een aantal zwakke pionnen kreeg, waarvan ik uiteindelijk gebruik kon maken en waardoor ik met mijn dame binnen kon komen en hem uiteindelijk mat kon zetten.
Verder werden er alleen nog remises gespeeld.
Guus:
Robert Leek gedurende de hele partij een heel klein plusje te hebben, maar het was niet genoeg om te winnen.
Met een score van 3.5-3.5 was het aan Rudy om de einduitslag van het team te bepalen. De onvoorspelbaarheid van Rudy heeft wel eens eerder voor verrassende uitslagen gezorgd in vergelijkbare situaties, dus nadat Rudy (weliswaar in een iets betere stelling) het remiseaanbod van zijn tegenstander had afgeslagen durfde teamleider Guus de speelzaal niet meer te betreden. Na een tijdje kwam er bericht uit de speelzaal: Rudy was in een paardvork gelopen! Maar gelukkig kon hij het met een beetje hulp van zijn tegenstander nog remise houden. Er schijnt ook een niet nader te noemen teamgenoot te zijn die dankzij de paardvork een weddenschap om twee drankjes won. Hier is wat Rudy zelf over zijn partij te melden heeft.
Rudy:
Tegen een op papier veel zwakkere tegenstander hebben we dus met grote moeite 4-4 gescoord. Dit keer had niemand behalve Ton echt een goede dag – volgende keer beter!
Ronde 4
WLC |
Voerendaal 2 |
|||
---|---|---|---|---|
Bollen , G. (Guus) | 2234 | Bachaus , S. (Sander) | 2026 | ½ – ½ |
Koymans , P. (Peter) | 1989 | Krueger , A. (André) | 2101 | ½ – ½ |
Klomp , R.L.P. (Robert) | 2081 | Ciornei , D. (Dragos) | 2091 | 0 – 1 |
Simons , R.W.J. (Rudy) | 1988 | Frenken , M.J.P. (Marcel) | 2103 | ½ – ½ |
Tang , C. (Charlie) | 2103 | Temmink , H.H. (Henk) | 2139 | ½ – ½ |
Haitjema , J. (Jarich) | 1930 | Zwet van der, B.W. (Bart) | 2060 | ½ – ½ |
Brouwers , T. (Ton) | 1834 | Stuemer , P. (Paul) | 2126 | ½ – ½ |
Jansen , I. (Ingeborg) | 1895 | Akker van den, G.G.H. (Guus) | 1962 | 1 – 0 |
Gemiddelde Rating: | 2007 | Gemiddelde Rating: | 2076 | 4-4 |
In ronde 4 speelden we tegen koploper Voerendaal 2, op wie we slechts 1 matchpunt achter stonden. We wisten dat het een uitdaging zou worden, al helemaal gezien het feit dat Jeroen niet mee kon spelen. Maar toch wisten we er een gelijkspel uit te slepen. Op enkele borden hadden we geluk, en op enkele borden hadden we een plusremise. Vooral de winst van Ingeborg nadat ze een stuk had geofferd was een mooie verrassing, en hard nodig ook!
Peter deed wel heel letterlijk wat van hem gevraagd werd: hij scoorde (minstens) een halfje op bord 2.
Peter: Mijn partij kan kort worden samengevat: het was een solide remise.
Velen volgden Peters voorbeeld.
Ton: Ik speelde met zwart en kreeg een d4-opening tegen waaruit ik een gelijke stelling bereikte. Na wat doorspelen kwam ik er iets beter uit, maar ik had geen idee van een plan en dus was ik uit op remise, en dat kreeg ik met zetherhaling.
Charlie: Ik speelde met zwart tegen Henk Temmink. We kwamen in een zijvariant van de Réti Opening, die ik niet kende. Op een gegeven moment stond hij iets beter, maar het was te weinig om veel mee te doen. Daarna speelde hij een slechte zet waardoor ik een pion won en beter kwam te staan. Ik miste echter de winst waarbij ik mijn dame moest offeren voor een gedekte vrijpion en toren en paard. Dan zou ik gewonnen komen te staan omdat wit geen tegenspel meer heeft. Helaas zag ik de variant niet en speelde ik een mindere zet. In het eindspel had ik een vrijpion extra maar hij had het loperpaar en ik kon mijn loper niet naar de damesvleugel brengen. Hoewel de positie gelijk was, moest ik eigenlijk gewoon doorspelen, want verliezen kon ik bijna niet meer. Ik bood echter (achteraf gezien stom) remise aan omdat ik niet zag hoe ik verder kon komen. Hij nam het aan en toen konden de stukken terug in het doosje.
Rudy: Geen van beiden kwam met voordeel uit de opening, echter in de fase van de opening naar het middenspel heb ik een kans gehad om volgens onze vriend (jawel, daar is ie weer) Stokvis op +1 te komen als ik op de 16e zet zijn paard op c4 had geruild tegen mijn loper op b3. Ik heb dit echter nagelaten en wat resteerde was nog steeds een hele kleine plus voor wit, maar niet genoeg om het hem echt moeilijk te maken. Zijn remise-aanbod op de 23e zet nam ik daarom maar wijselijk aan.
Jarich viel in voor Jeroen en deed dat uitstekend.
Jarich: In een Franse ruilvariant kwam ik als witspeler redelijk uit de opening, hoewel het ongeveer gelijk stond. Ik probeerde de torenmanoeuvre Tb1-b5, volgens mij door Jeroen ook wel eens tegen mij gespeeld. Mijn tegenstander ging direct de fout in door pion d5 weg te geven (deze kon niet worden teruggenomen door Td8 wegens mat ‘achter de paaltjes’). En dus stond ik een gezonde pion voor. Helaas was het vervolg minder overtuigend, want hoewel ik verschillende goede voortzettingen tot mijn beschikking had, verzeilde ik in een afwikkeling naar een toreneindspel. Hierin had ik nog steeds een pion meer, maar mijn tegenstander verdedigde netjes en forceerde de remise.
Op dit moment stond het gelijk, en waren er nog drie partijen bezig. De remises tot nu toe waren veelal plusremises voor ons, maar in de laatste drie partijen stonden alle WLC’ers slechter.
Guus: In het middenspel leek ik het belangrijke veld d5 onder controle te hebben. Mijn tegenstander speelde zijn stukken vervolgens om naar de koningsvleugel, wat een reactie van mij vereiste. Daarna was hij, dankzij zijn ruimtevoordeel, weer sneller in een positie om veld d5 aan te vallen, en het lukte hem om de controle over dat belangrijke veld te winnen. Ik besloot om ergens anders op het bord kansen te creëren, maar de stelling zag er niet rooskleurig voor me uit. Op dat moment kreeg ik een ‘tactisch’ remiseaanbod. De overgebleven twee borden zagen er goed uit voor Voerendaal, dus mijn tegenstander besloot op safe te spelen. Mij realiserend dat ik toch echt duidelijk slechter stond, nam ik het remiseaanbod aan.
Zoals gevreesd verloor Robert inderdaad zijn partij.
Robert kwam in een eindspel met een pion minder terecht, en zag de pion nooit meer terug. Het toreneindspel dat hij op het bord kreeg leek niet meer te houden te zijn.
Ingeborg had inmiddels ook een stuk geofferd en het leek alsof ze niet genoeg compensatie had. Maar wonder boven wonder wist de heldin van de dag er nog wat van te maken!
Ingeborg: Ik kreeg een geweigerd vleugelgambiet op het bord, waarmee ik zelf ook niet helemaal raad wist. Tot het eindspel hebben we afwisselend af en toe licht voordeel gehad. In een stelling waar mijn tegenstander licht voordeel had bood ik remise aan, achteraf blij dat dat geweigerd werd. Pas na dameruil waarbij er twee paarden en zes pionnen van ieder op het bord overbleven begonnen de echte fouten, in ieder geval aan één stuk door van mijn kant uit (eigenlijk ook van mijn tegenstander want die profiteerde er keer op keer niet van). Ik voelde een behoorlijke druk omdat ik perse moest winnen voor het team bij stand 3-4, en dat is lastig als je stelling wisselt tussen remise of zelfs met momenten slechter omdat je voor de winst moet gaan. Ik offerde een paard tegen twee pionnen en zelfs daarmee stond mijn tegenstander nog beter, maar ik creëerde wel tegenspel en door wat fouten van mijn tegenstander zat ik uiteindelijk in een minimaal remisestelling, waar ik eigenlijk niet onderuit zou komen bij nauwkeurig spel. Gelukkig voor ons team beging hij nog één grote fout waardoor het cruciale puntje binnen was.
Stelling waar ik zojuist h7 heb gespeeld. Mijn paard is op tijd terug bij de verdediging waardoor het een remisestelling is. Na wat manoeuvreren en één grote fout van mijn tegenstander kreeg ik de a-pion te pakken en niet veel later ook de pion op f7.
Na dit gelijkspel zijn we nog steeds in de race, al hebben we het kampioenschap niet meer in eigen hand. Maar laten we realistisch zijn: het seizoen is nog niet eens op de helft, dus er kan nog vanalles gebeuren.
Ronde 5
WLC |
De Giessen en Linge |
|||
---|---|---|---|---|
Medema , J. (Jeroen) | 2172 | Nederlof , J. (Jesper) | 2163 | 1 – 0 |
Bollen , G. (Guus) | 2234 | Vonk , J.J. (Jaco) | 2158 | ½ – ½ |
Jansen , I. (Ingeborg) | 1895 | Boot , H. (Henk) | 2051 | 0 – 1 |
Brouwers , T. (Ton) | 1834 | Dekker , A. (Andries) | 2103 | 1 – 0 |
Simons , R.W.J. (Rudy) | 1988 | Mulder , H.W. (Hemmo) | 2028 | 0 – 1 |
Albers , F. (Frank) | 1917 | Schakel , T.T. (Tim) | 2031 | 0 – 1 |
Haitjema , J. (Jarich) | 1930 | Korevaar , E.L. (Eddy) | 1894 | 1 – 0 |
Koymans , P. (Peter) | 1989 | Schakel , L. (Lemmy) | 1801 | 0 – 1 |
Gemiddelde Rating: | 1995 | Gemiddelde Rating: | 2029 | 3½-4½ |
We speelden dit keer als enige WLC-team thuis, dus we hadden de hele zaal voor onszelf. Aan de ene kant was dat rustig, maar aan de andere kant was dat vooral jammer, want het is altijd gezellig om met alle teams tegelijk thuis te spelen. Hoe dan ook, de NBSB-competitieleider kreeg het dit jaar niet voor elkaar om de indeling van de andere teams aan de KNSB-indeling aan de passen.
Veel invallers konden aan de bak deze KNSB-ronde. Niet alleen in team 1 moesten Charlie en Robert vervangen worden, maar ook in teams 2 en 3 was er een aantal invallers nodig. Gelukkig waren Jarich en Frank bereid bij ons in te vallen.
Ton was als eerste klaar, en kwam in een aanvalsstelling terecht tegen een veel hoger geratete tegenstander. Dat is hem wel toevertrouwd. Hij won een stuk, en kort daarna volgde mat.
Jarich:
Frank: In mijn eerste externe partij van dit seizoen hoopte ik te kunnen gaan profiteren van het loperpaar. Echter voordat de partij goed en wel begonnen was maakte ik een blunder waardoor ik in een dodelijke penning terecht kwam die mij een stuk en daarmee gelijk de partij kostte. Voor de vorm speelde ik nog even door, maar het was gelijk over en sluiten.
Jeroen: Mijn tegenstander, Jesper Nederlof, speelde de opening wat tam, en gebruikte daarbij ook nog eens zeeën van tijd: op de 15e zet had hij nog maar 20 van de 90 extra minuten over. Toen ik zijn centrum ging opblazen (terminologie © Jarich) had hij halverwege de tijdcontrole nog maar 6 minuten over, en al duidelijk een slechtere stelling. Hij probeerde nog een wanhoopsoffensief maar ik had nog voldoende tijd en liet me niet in de luren leggen. Met een kwaliteitsverlies en nog maar 1 minuut op de klok gaf hij op de 29e zet op. Het is mijn gevoel dat hij vooral tegen zichzelf gespeeld heeft.
Met een 3-1 tussenstand zag het er goed voor ons uit, maar er is daarna toch het een en ander misgegaan.
Ingeborg leek goed uit de opening te komen, maar daarna verdween er materiaal zonder genoeg tegenkansen.
Rudy:
Stelling na de 14e zet van wit uit de partij H. Mulder – R. Simons
Wit heeft hier zojuist Le3-h6 ? gespeeld en dit had ik meteen kunnen afstraffen met 14…Pc2:! En dan zou ik een zeer gezonde pion hebben gewonnen. In plaats daarvan speelde ik echter 14… Dc7 en daarna was het tot zijn remise-aanbod op de 31e zet constant een gelijke stelling. Ik speelde nog even door nadat ik de teamleider hierover had geraadpleegd. Ik beging echter een vreselijke bok op de 34e zet waarna ik een pion verloor i.p.v. er een te winnen en hierdoor verloor ik ook de partij.
Een partij die dus van winststelling-remisestelling uiteindelijk uitmondt in een verloren stelling. Helaas en des te jammer omdat bij winst van deze partij wij ook als team hadden gewonnen en zelfs meteen aan kop hadden gestaan met 8 punten. Balen, balen en nog eens balen! Als….als….als…en wat zou het leven dan toch mooi zijn.
Peter ging op bord 8 zitten om te winnen, maar dat pakte helaas anders uit.
Peter: In de opening speelde ik goed en dat resulteerde in een uiterst prettige stelling. Hier had ik verschillende mogelijkheden tot duidelijk voordeel. Mijn keuze was om stukken te ruilen, waar de computer het mee eens is. Daarna speelde ik het echter compleet verkeerd, want ik had de zet Pe5? van mijn tegenstandster tactisch af kunnen straffen. Dat deed ik echter niet en daarmee was de stelling meteen weer gelijk. Daarna heb ik simpelweg geen enkele fatsoenlijke zet meer gespeeld.
Met een score van 3-4 was het mijn taak als teamleider om het laatste punt binnen te halen. Tevergeefs.
Guus:
Helaas eindigden we de dag dus met slechts 3.5 punten. Heel jammer, want er had veel meer ingezeten! Gelukkig staan we nog steeds maar 1 matchpunt achter op de koplopers.
Ronde 6
D4 |
WLC |
|||
---|---|---|---|---|
Jaspers , P.A.M. (Pierre) | 1938 | Tang , C. (Charlie) | 2075 | 0 – 1 |
Sips , J.J.A.M. (Joost) | 1957 | Klomp , R.L.P. (Robert) | 2055 | ½ – ½ |
Vossen van, R. (Robbert) | 2045 | Simons , R.W.J. (Rudy) | 1971 | ½ – ½ |
Smits , M. (Maykel) | 2040 | Koymans , P. (Peter) | 1990 | 1 – 0 |
Bloem , C. (Carlo) | 2094 | Jansen , I. (Ingeborg) | 1890 | ½ – ½ |
Caluwe , M. (Marc) | 1997 | Brouwers , T. (Ton) | 1879 | 1 – 0 |
Kriens , D.G. (Dick) | 1920 | Swinkels , A.T. (Nol) | 1972 | ½ – ½ |
Boer den, L.M. (Lucas) | 1856 | Krenning , J.T. (Jasper) | 1801 | ½ – ½ |
Gemiddelde Rating: | 1981 | Gemiddelde Rating: | 1954 | 4½-3½ |
Enigszins verzwakt trad WLC 1 aan tegen promovendus D4. In mijn afwezigheid nam Peter de taken als teamleider waar. Dit is wat men over hun partijen te zeggen had.
Peter: Ik had zwart en kwam al meteen iets slechter uit de opening. In een stelling met tegenovergestelde rokkades was mijn tegenstander iets sneller met zijn aanval. Gelukkig voor mij besloot hij zijn cruciale paard op d5 af te ruilen. Op dat moment had ik verschillende kansen om een speelbare stelling te bereiken, door bijvoorbeeld de koningsvleugel dicht te gooien met g6. Dit deed ik echter niet, en toen mijn tegenstander zelf met g6 kwam had ik een lastig te verdedigen stelling. In tijdsnood vond mijn tegenstander de truc Txh7, waarna geforceerd werd afgeruild naar een eindspel met een dame voor hem tegen mijn twee torens. Mijn open koning en zijn extra twee pionnen maakten dit eindspel tot een nachtmerrie om te verdedigen en niet veel later verloor ik een toren.
Rudy: Vanuit de opening kwam ik er met wit met een klein maar duurzaam voordeel uit; ( zoals eigenlijk zo vaak met wit ) . Bij goed spel zou dit hoogstwaarschijnlijk niet genoeg zijn voor de winst ( computerbeoordeling ca + 0.5) Hij maakte helaas nergens een echte fout , maar ik maakte op enig moment wel een onnauwkeurige zet waarvan hij taktisch profiteerde. Hij won middels een kleine combinatie maar liefst 2 pionnen, maar mijn stellingsgeluk was dat ik een eeuwig schaakmechanisme had met toren op de 7e rij en een loper op e5 die g7 aanvalt. Hij moest toen Tf7 doen en na Te8+ , Tf8 en toren weer terug naar e7 was het remise.
Charlie: Ik speelde met wit tegen Pierre Jaspers. We kwamen in de klassieke variant van het Frans. Op een gegeven moment kreeg ik een typische goed paard tegen ‘Frans” loper. Hij hielp mij door de dames en de torens af te ruilen. Dit resulteerde in een hopeloze eindspel voor hem. Op een gegeven moment had hij er genoeg van en gaf hij op.
Nol: In de opening werd ik opgezadeld met een isolani op c3. Als compensatie had ik een actief loperpaar, maar helemaal gerust was ik niet. Ik speelde zo actief mogelijk. Zwart liet gelukkig een paar steekjes vallen. Toch zat meer dan remise er niet in.
Jasper: Het was een rustige partij, waarbij het lang duurde voordat er hout werd gekapt.
Na 25.Kf2 had ik twee opties in gedachte, h5 , of Pe5.
bij de eerste optie zou ik mogelijk een pion winnen , echter krijgt wit ruimte die ik hem eigenlijk niet wilde geven, ook komt f6 onder druk te staan. Later bleek dat het toch wel een goede voortzetting was
Ik koos voor de tweede optie om na een verplichte ruil mij toeren op e3 te zetten en de stelling gaat op slot., de gedacht hierbij was dat h5 altijd nog kon maar de tegenstander speelde a de afwikkeling h5 en zo was mij n loper een dikke pion geworden.
Op zet 36 bood ik remise aan , maar mn tegenstander wilde doorspelen. Anderhalf uur later , in onderstaande stelling( robert was nog bezig ) kreeg ik een remise aanbod. Even de teamleider informeren, en die vond dat prima. Het leek er op dat Robert de 4-4 ging binnen halen…..
Helaas, het lukte Robert niet om de winst binnen te halen.
Ton kwam slecht uit de opening en kwam daar nooit meer bovenop.
Hiermee verliezen we, maar zijn we nog steeds maar op 2 matchpunten afstand van de koplopers. Wat ligt het allemaal dicht bij elkaar dit seizoen!
Ronde 7
WLC |
De Stukkenjagers 3 |
|||
---|---|---|---|---|
Tang , C. (Charlie) | 2075 | Baselmans , L. (Luuk) | 2081 | ½ – ½ |
Medema , J. (Jeroen) | 2174 | Jaquet , R.W. (Reinier) | 1871 | 1 – 0 |
Bollen , G. (Guus) | 2234 | Nicolai , E.J. (Erik) | 2116 | ½ – ½ |
Klomp , R.L.P. (Robert) | 2055 | Storm , K. (Karel) | 1977 | 1 – 0 |
Simons , R.W.J. (Rudy) | 1971 | Hoogendoorn , F.T.J. (Fré) | 2022 | 0 – 1 |
Haitjema , J. (Jarich) | 1946 | Becx , C. (César) | 2109 | ½ – ½ |
Jansen , I. (Ingeborg) | 1890 | Feelders , R.A.J. (Ruud) | 1999 | 0 – 1 |
Albers , F. (Frank) | 1908 | Greunsven , A.A.J.M. (John) | 2003 | ½ – ½ |
Gemiddelde Rating: | 2032 | Gemiddelde Rating: | 2022 | 4-4 |
Twee mensen hadden hun dag niet vandaag, en dat resulteerde in twee snelle nullen.
Ingeborg:
Ik had vandaag mijn dag niet. Ik wist niet zo goed wat te doen in een spaans middengambiet en kwam al snel passief te staan, maar…. het hield. Totdat ik in een poging mijn stukken iets actiever te maken het enige vluchtveld van mijn koning bezette en ineens na 14 zetten (stik)mat stond. Zo goed hield het dus niet… Tijd om theorie op te frissen.
Rudy: Al vroeg in de opening zat ik ongelofelijk te klungelen en aan dit geklungel kwam al vroeg een eind na 22 zetten. 1-0 voor mijn tegenstander die het overigens mooi afmaakte. Eens in de zo veel tijd heeft iedereen wel eens een belabberde partij en dit was er zo een die ik al heel lang niet meer heb gehad, maar wel weer een om zo snel mogelijk te vergeten.
Op borden 6 en 8 werden vervolgens tegn op papier sterkere tegenstanders op remise gehouden.
Jarich: In mijn partij tegen César Becx week hij al snel af van de gebaande paden door 5. …h5 te spelen. Ik besloot daarop de ongebruikelijke manoeuvre Pa3-c2 uit te voeren, om te voorkomen dat ik in voorbereiding terecht zou komen. Een bijkomstigheid was dat ik een stukoffer provoceerde (na Lxf2+ gevolgd door Pxe4+ zou zwart twee pionnen voor een stuk krijgen). Daar zou César, fervente aanhanger van offers, toch zeker wel op ingaan? César sloeg het aanbod echter (terecht) af. In de opening daarna misten we daarna allebei nog enkele kansen, waarna een rustige en ongeveer gelijke stelling resulteerde. Toen bood César op de 17e zet remise aan, en na overleg met Guus heb ik dat toch maar geaccepteerd.
Frank:
Na een Siciliaanse opening dacht ik in het middenspel te kunnen afwikkelen naar een stelling met druk op zwarts geisoleerde d-pion. Ik had echter gemist dat zwart in plaats van deze pion te verdedigen en daarmee in een iets passievere stelling te komen ook kon kiezen voor een tegenaanval op mijn pionnen op de koningsvleugel. Dat deed zwart met als gevolg dat er een grootscheepse afruil plaatsvond hetgeen resulteerde in een toreneindspel met elk drie pionnen. Toen was gelijk duidelijk dat remise onontkoombaar was en toen mijn tegenstander dat enkele zetten later aanbood zag ik in overleg met de teamleider geen reden door te spelen.
Dit betekende dat de eerste 4 borden het verlies goed moesten maken. Daar slaagden Robert en Jeroen aardig in.
Jeroen:
Robert:
Stelling na 24. .. cxd4:
Na een afruil op d4 lijkt zwart de betere loper te hebben en een centrummeerderheid. Wit heeft twee voordelen, meer ruimte en meer tijd. Na 25. g4 versplintert wit het centrum van zwart omdat de pion op d4 niet te dekken is na fxg4. Zwart probeert zijn loper in het spel te krijgen met Ld7, maar na gxf exf neemt wit het initiatief met Ld5. Hier moet zwart Kf6 spelen, maar in de partij volgde Lc6 waarmee wit groot voordeel krijgt. 28. Te7+ Kg6. 29. Lxc6 bxc6 30. Te1 hier is de stelling al +1.00 voor wit.
Stelling na 32. .. c5:
Wit speelt en wint.
Charlie: Ik speelde met zwart tegen Luuk Baselmans. Ik ken deze jongen al heel lang en tamelijk goed. De laatste keer dat ik tegen hem speelde, was precies een jaar geleden en toen had ik verloren. Vandaag wilde ik mijn revanche nemen. Hij speelde de Tarrasch-variant van het Frans. Ik besloot dit keer c5 op zet drie te doen, zodat hij niet zijn favoriete systeem kon spelen. Hierop volgde ongeveer tien zetten theorie en wit kwam waarschijnlijk iets beter uit de opening. Ik had een geïsoleerde pion, maar mijn stukken stonden genoeg actief. Uiteindelijk hebben we zowel een paar lichte stukken als alle zware stukken afgeruild. Nadat we de dames hadden afgeruild, kregen we een gelijke lopereindspel. Ik speelde niet heel nauwkeurig en liet hem een verre vrijpion creëren, maar de stelling was nooit uit balans geraakt. Remise werd de logische uitslag.
Om te winnen hadden we nog een winst nodig, maar ondanks de kansen die ik kreeg lukte het me niet.
Guus:
Hiermee zijn we na zo’n geweldige start van het seizoen nog steeds niet zeker van handhaving. De volgende ronden treffen we Blerick, die aardig in vorm lijken te zijn gekomen. Dat wordt een zware wedstrijd. De laatste ronde mogen we tegen De Pion, die nu de laatste plaats bezetten. Nog geen reden tot paniek, maar we zullen nog wel goed ons best moeten doen!
Ronde 8
WLC |
De Pion 2 |
|||
---|---|---|---|---|
Bollen , G. (Guus) | 2234 | Onrust , B. (Benny) | 2022 | 1 – 0 |
Tang , C. (Charlie) | 2075 | Kok , I. (Ivo) | 2085 | ½ – ½ |
Medema , J. (Jeroen) | 2174 | Rens , C. (Carlo) | 1884 | 1 – 0 |
Klomp , R.L.P. (Robert) | 2055 | Elven van, E.F.A. (Erik) | 1834 | ½ – ½ |
Brouwers , T. (Ton) | 1879 | Lambregts , F.J.J. (Frank) | 1867 | ½ – ½ |
Koymans , P. (Peter) | 1990 | Riemens , K. (Koen) | 1822 | 0 – 1 |
Simons , R.W.J. (Rudy) | 1971 | Cheng , N.H. (Ngo Hin) | 1965 | 1 – 0 |
Jansen , I. (Ingeborg) | 1890 | Broek van den, R. (René) | 1951 | ½ – ½ |
Gemiddelde Rating: | 2034 | Gemiddelde Rating: | 1929 | 5-3 |
Dit keer was ons team compleet, en konden we gezamenlijk strijden voor de laatste punten.
Guus: In mijn partij moest ik met zwart in de opening verdedigen. Live in de speelzaal leek dat allemaal prima te lukken, maar de computer heeft toch het een en ander aan te merken op mijn verdedigingskunsten. De volgende stelling ontstond na 13. .. Lb7:
Ik laat het als een opgave aan de lezers over om hier de winnende voortzetting te vinden voor wit (en dat is niet alleen de eerste zet, want die zag ik ook wel). Wie zichzelf een goede aanvaller vindt moet deze opgave op kunnen lossen. De oplossing vindt u verderop.
Op een gegeven moment weet ik me los te wurmen uit alle complicaties.
Tot slot het antwoord op de opgave (hoofdvariant). Let wel, alle witte zetten zijn de enige zetten die winnend voordeel bereiken:
Jeroen: Mijn tegenstander (Carlo Rens met wit) en ik speelden een interessante partij waarbij de dames snel van het bord verdwenen. Na heel wat profylactisch spelen aan beide kanten gooide ik op een bepaald moment de knuppel in het hoenderhok, maar wist daarmee wel een pion te veroveren en veel materiaal te ruilen. Wit had echter wel activiteit, maar deze wist ik goed te neutraliseren en mijn twee vrijpionnen op de koningsvleugel brachten, ondanks de ongelijke lopers (met een toren en een zwik pionnen), uiteindelijk toch de beslissing.
Peter: Mijn tegenstander speelde dubieus in de opening met een veel te vroeg f5. Hier had ik rustig op moeten antwoorden met Dd2 om f4 te bestrijken, maar in plaats daarvan ging ik voor een geforceerde combinatie. Ik kreeg een toren en een pion tegen een loper en een paard, maar ik had bovendien ook nog actievere stukken. Mijn tegenstander kon echter rustig consolideren, waarna ik simpelweg slechter stond. Vervolgens kwam ik in een lastig eindspel wat ik uiteindelijk verloor.
Rudy: Ik wil het nu ff niet hebben over een zgn. “Lucena”-stelling en hoe dit uit te spelen en het feit dat ik het me zelf veel makkelijker had kunnen maken; dat weten we inmiddels allemaal; ik wist het ook, maar vergat dit ff na zo,n 60 zetten en uren spelen en dan wil de concentratie en scherpte wel eens zakken. Ik ben natuurlijk ook op de hoogte van de zgn. “paraplu” (dat is een pion van de tegenstander die verticale schaakjes op een bepaalde lijn ommogelijk maakt en dus pak je die pion niet ! Aldus Dvoretski) Zo werden het dus eigenlijk onnodig zo’n 15 zetten meer. ( in totaal ca 80 zetten) Dan nu de partij: ik kwam er met zwart gemakkelijk uit de opening en ik had op enig moment zelfs een klein voordeeltje. Ik kwam op enig moment zelfs een pion voor te staan, maar met goed spel van mijn tegenstander zou dit niet te winnen zijn (ieder toren en gelijke loper en ik 3 pionnen tegen 2 op een vleugel) . gelukkig maakte de witspeler het mij gemakkelijker door de lopers te ruilen en nadat ik toen zijn koning met mijn toren had afgesneden van de koningsvleugel kon zijn koning er niet meer bij komen en kon ik op mijn dooie gemak mijn stelling versterken en tenslotte de winst binnenhalen na zo’n 80 zetten (wat dus veel sneller had gekund ). Ik was in ieder geval dolgelukkig na 2 ongelukkige laatste externe ronden.
Er volgen nog wat impressies van de overige partijen.
Ingeborg had snel remise zonder dat de balans verstoord was. Ook bij Charlie werd het remise zonder dat de balans verstoord werd, hoewel dat iets langer duurde dan bij Ingeborg. Ton begon een aanval op de damevleugel, maar hij had niet genoeg stukken om daar voordeel uit te halen. Hij kreeg daardoor problemen op de koningsvleugel, maar door een mirakel haalde hij er nog een gelijk eindspel uit, wat remise werd. Robert kreeg een eindspel op het bord met lopers van gelijke kleur, waarin hij toch een aantal winstkansen moet hebben gehad, zo leek het. Het lukte hem uiteindelijk om met zijn koning binnen te komen, maar toen waren er te weinig pionnen over om de partij nog te kunnen winnen.
We wonnen dus, en daarmee waren we niet afhankelijk van de overige uitslagen voor behoud in de klasse. Op het eerste gezicht was het verrassend was dat De Giessen en Linge won van Blerick. De opstelling van Blerick zag er dit keer echter heel anders uit dan twee weken terug: gemiddeld ongeveer 200 ratingpunten minder. Dat moet vooral zuur geweest zijn voor De Drie Torens, die verloren van kampioen RSC ‘t Pionneke en het in het komende seizoen een klasse omlaag gaan.
WLC 2
WLC 3
WLC A