Verslag KNSB-wedstrijd 08 februari WLC-Blerick

WLC
Rating
Rating
Bollen, G. (Guus) 2192 Heinert, E. (Eugen) 2215 1 – 0
Kools, T. (Thomas) 2134 Bossy, A. (Arnim) 2213 1 – 0
Doren van, B. (Bas) 2082 Schoeber, P. (Peter) 1948 ½ – ½
Simons, R.W.J. (Rudy) 2012 Alonso, J.A. (Jose) 1844 0 – 1
Gemiddelde Rating: 2105 Gemiddelde Rating: 2055 2½-1½

Voor ons zou dit de eerste wedstrijd zijn in het seizoen 2021-2022 van de bekercompetitie in de 2e ronde; in de 1e ronde waren we “vrijgeloot”. Vrijgeloot is niet helemaal de correcte term omdat per definitie meesterklasseteams en 1e klasseteams sowieso de 1e ronde al niet hoeven te spelen, maar van de 2e klasse teams waren de teams die in 2D zijn vertegenwoordigd wel vrijgeloot, daar er de 1e ronde wel teams hebben gespeeld in 2A t/m 2C. In ieder geval dus een voordeel van het feit dat we zijn gepromoveerd naar de 2e klasse, want alle lagere teams spelen dus wel zeker de 1e ronde.

Enfin, de 2e ronde dus en meteen een kraker (op papier), t.w. Blerick die in de competitie uitkomt in de 1e klasse. Op papier mochten we dus een zware wedstrijd verwachten met aan de eerste borden mensen rond de 2300. Toch gaf ik ons nog een reele kans vooraf om door te komen omdat ik hoopte en ook verwachtte dat ze hun duitse toppers er niet bij zouden hebben. Dat terwijl wij natuurlijk ook toppers hebben met o.a. onze topscorer extern Thomas met 4 uit 4 ! en Bas die laatst in een prachtige partij tegen Venlo zijn tegenstander heeft weggeofferd. Beide heren zijn in topvorm. En natuurlijk mogen we onze kopman Guus nooit uitvlakken , die extern net als Rudy in een dal zit, maar ondertussen wel intern herfstkampioen is met 6 uit 6 !

Mijn verwachting kwam inderdaad uit: hun echte toppers hebben ze thuisgelaten wat dus betekende dat we een op papier gelijkwaardige wedstrijd tegemoet konden zien. Zie wat er uiteindelijk gebeurde:

Bord 1: Eugen Heinert – Guus Bollen

In een anti-Siciliaan maakte mijn tegenstander het me niet heel moeilijk, en ik kon mijn stelling op een natuurlijke wijze ontwikkelen. Op de een of andere manier heeft dat geleid tot een soort Konings-Indische structuur met verwisselde kleuren, maar dan wel een hele goede versie voor zwart (ondergetekende):

Mijn initiatief op de damevleugel begint serieuze vormen aan te nemen, terwijl de koningsaanval van wit tegen een massieve muur aanloopt. Zetten als Pf5 en Dg5 zitten wel in de stelling, maar doen voorlopig niet zo veel zolang ik er niet op reageer. Verder staan de witte stukken niet op de juiste velden.
De conversie van positioneel voordeel naar de winst verliep hierna ook redelijk soepel. Het spel werd wat tactischer, maar onder meer door de 40 minuten op de klok die ik meer had dan mijn tegenstander kon ik nauwkeurig blijven spelen. Uiteindelijk won ik wat pionnen, en in de uitvluggerfase liet ik die gelden. 0-1

Bord 2: Thomas Kools – Arnim Bossy

Bord 3: Bas van Doren – Peter Schoeber

Bord 4: Jose Alonso – Rudy Simons

Dit is de stelling na de 16e zet van zwart Pd7-f8 (daar waar Pe5: beter was); Nu zou Dg3 een goede gezonde zet zijn om de dreiging Db6, waarbij zwart 2 pionnen tegelijk aanvalt (b2 en d4) te ontkrachten en volgens de “vis” zou wit daarna nog een klein voordeeltje hebben. Echter, ik meende hier na 17.Ld2 Db6 met 18. Pc4 pion d4 te moeten offeren voor vage kansen om gebruik te maken van de kwetsbare positie van zwarts dame op d4. De compensatie die ik dacht te hebben voor de pion bleek erg tegen te vallen en hoewel ik later op de 23e zet een kans heb gehad om nog gelijk spel te hebben, werd het van kwaad tot erger en in de uitvluggerfase verloor ik zelfs nog een stuk. Gelukkig hadden we toen al gewonnen…………….

De les: waarom een (zwakke) centrumpion offeren voor vage kansen als je met een andere zet gewoon een klein voordeel hebt? Enfin, ik zat al in een diep schaakdal extern en met deze partij erbij wordt het er niet beter op . Gelukkig zijn we door.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *