De Raadsheer A – WLC A
Het had nog wat voeten in de aarde om het eerste avondteam compleet te krijgen voor de uitwedstrijd tegen De Raadsheer in Zundert op donderdag 7 april. Wegens het verdrietige overlijden van Armin Kohlrausch had ons tweede avondteam een speler tekort, en aangezien WLC A de beschikking heeft over zes basisspelers, werd besloten Henny Wilbrink uit te lenen voor de rest van het seizoen. Hij had drie keer met ons meegedaan en mocht reglementair dus nog nét in een lager team uitkomen. Niets aan de hand zou je zeggen, maar ook Robert Klomp was verhinderd en ikzelf kwam er twee dagen voor de wedstrijd achter dat ik kaartjes had voor een theatervoorstelling in het Speelhuis. De overige drie konden gelukkig wel, dus moest ik op zoek naar een invaller. Enkele usual suspects bleken echter ook verhinderd te zijn, maar gelukkig vond ik Tobias Jacobs bereid in te vallen, waarvoor hartelijk dank!
Dan de wedstrijd op chronologische volgorde van binnenkomst, met commentaar van de spelers zelf:
Rudy Simons – Mitchell Matthijssen, bord 3
Ik kwam voortvarend uit de opening en na zo’n 14 zetten had ik al een dikke plus. Mijn tegenstander had zijn witveldige loper geruild voor mijn paard op d5 en dit zou zich al vroeg wreken. Daarna was ik heer en meester op de witte velden en toen ik een gezonde vrije pluspion had op de damevleugel werd het door de dameruil alleen maar slechter voor hem. Toen die vrije pion, inmiddels op b5, ondersteund zou worden door een witte pion op c4 besloot mijn tegenstander het maar voor gezien te houden op de 32e zet.
Jos van Ginneken – Tobias Jacobs, bord 4
Het was een saaie partij waarbij alles snel afgeruild werd. Er kwam een toreneindspel en het werd remise. Zes uur verspild aan een dode partij die ook nog in remise eindigde. Beetje een domper.
Thomas Kools – Niek Oostvogels, bord 1
Tja, wat kan ik over mijn partij tegen De Raadsheer te Zundert vertellen. Het was een typische Scandinaviër waarin ik met wit een duidelijk ruimteoverwicht had en wat ontwikkelingsvoorsprong. De zwarte stelling was echter uiterst solide en het was niet eenvoudig een gaatje te vinden in de verdediging (wat ook de verdienste was van mijn tegenstander). Eigenlijk is er maar één moment in de partij die ik mezelf echt kwalijk kan nemen, en dat was op zet 25 nadat zwart zijn paard op d6 zet:
Ik heb hier in het eindspel potentieel een licht voordeeltje vanwege de geïsoleerde pion op e5. Hier wilde ik het allemaal wat al te mooi en positioneel (en materialistisch) doen door 25. De2?! te spelen en tegen de pion op e5 te gaan duwen. Het is tekenend voor het vlakke schaak wat ik de afgelopen tijd op doordeweekse avonden aan de man breng; het is een soort totale afwezigheid van schaaktechnische vechtlust. Veel beter is natuurlijk 25. Td3!, waarna de toren op d7 binnenkomt en de zwarte koning op de tocht komt te staan. De pion op c4 gaat dan weliswaar verloren, maar het blijkt dat na 25… Pxc4 26. Td7 Db6 27. De2 het zwarte paard effectief ingesloten staat (op a5 is ook droevig). Zoals het ging kreeg ik geen spel gegenereerd, en een strategisch getimed remiseaanbod heb ik in gelijke stelling waar nog wel wat te rommelen viel geaccepteerd. Daarmee kwamen we op 1 – 2, en het op zijn minst volkomen gelijke eindspel vertrouwde ik Joep (zo bleek later terecht) wel toe waardoor de teamwinst binnen was. Al met al nooit echt in gevaar, maar ook zelf de kansen om gevaar te stichten onvoldoende gepakt, dus is remise de terechte uitslag voor vandaag.
Jorrit Havermans – Joep Nabuurs, bord 2
Nadat ik in de opening al snel moest improviseren meende ik een beslissende penning op het bord te krijgen.
In mijn berekeningen zou hier 15… Pb3 de kwaliteit winnen. Met de diagramstelling eenmaal op het bord kwam ik erachter dat wit nog met Ld6 – richting f8 of b4 – kan keepen, waarna hij niet minder staat. Daarom 15… e5 16. Lg5 maar hoewel een centrumpion op zwart vooruitgang boekt heeft wit nog steeds zijn ontsnapping, nu met Le7 – b4. Daarom zocht ik toevlucht in een eindspel met voor beiden toren plus witveldige loper, met een zetje of 30 tot 40 manoeuvreren in het vooruitzicht en dan zien we wel. Wits actieve koning kon ik afhouden, en het eindspel stond lang gelijk totdat ik de h-lijn opende, binnenkwam, en het niet meer gelijk stond.
Al met al een degelijke 1 – 3 overwinning! Nog twee wedstrijden te gaan, ronde 3 en 4 moeten nog ingehaald worden binnenkort.
De persoonlijke uitslagen:
De Raadsheer A (1795) | WLC A (2054) | 1 – 3 |
Niek Oostvogels (1953) | Thomas Kools (2167) | ½ – ½ |
Jorrit Havermans (1844) | Joep Nabuurs (2295) | 0 – 1 |
Mitchell Matthijssen (1781) | Rudy Simons (2003) | 0 – 1 |
Jos van Ginneken (1602) | Tobias Jacobs (1752) | ½ – ½ |
Maarten Smit