Verslag WLC A – De Drie Torens A
Maarten:
Ik was degene die speelde op bord 4. Na de opening stond ik geweldig, had de zwarte stelling compleet vastgezet. Het was eigenlijk wachten op de afmaker, maar die kwam maar niet. Ik speelde een toren naar d5, waar het paard op hetzelfde veld onherstelbare schade aan de zwarte stelling had kunnen toebrengen. Nu gaf ik zwart de kans mijn zware stukken een voor een terug te dringen en zelfs een pion buit te maken. Na deze pionwinst bood mijn tegenstander onmiddellijk remise aan, en aangezien mijn stelling duidelijk minder was besloot ik dat dan maar te accepteren. Rudy zegt te pas en te onpas dat ik “de man in vorm” zou zijn, maar dat valt helaas wat tegen. In goede stellingen weet ik regelmatig niet door te stoten, en ja, in slechte stellingen lukt het me vaak dan weer wel om redelijk goede zetten te vinden. Goed, er is nog voldoende ruimte voor verbetering zullen we maar zeggen.

Stokvis geeft hier 25. Dd2 als beste zet, waarna de stelling ongeveer gelijk is. Echter, hij speelde hier het onvoorstelbare 25. Pxb5??? en na 25… Ta1+ 26. Kh2 h5! verliest hij het paard, want er dreigt ineens h4 en na 27. h4 volgt simpel 27… Df4 enzovoort. Hij speelde 27. De3 en na 27… Lxb5 won ik niet alleen een stuk (tegen inmiddels drie pionnen), maar de stelling was meteen gewonnen vanwege de ongelukkige penning van de toren op g3. De partij duurde nog tot de 32e zet en toen gaf hij op in hopeloze stelling. Een mazzeltje dus, maar dit weegt wel weer op tegen mijn ongelukkige nederlaag in de tweede ronde van de avondcompetitie dit seizoen toen ik zelf in straalgewonnen stelling zat te knoeien en verloor.
Joep:
Ik meende in een Drakenvariant de controle te hebben. Wilbert kwam met een slimme breekzet, waarna helder werd dat al mijn positionele voordeeltjes niet zo relevant waren. Met elke zet werd zichtbaarder hoe zwak mijn pionnen eigenlijk waren. Ik leek zonder tegenspel een stil verlies te incasseren.Kritiek was daarna het moment dat Wilbert een pionneneindspel kon forceren dat voor hem zou winnen. Hij gaf zelf aan daar niet naar te hebben gekeken, mogelijk omdat zijn toren veel actiever was dan de mijne. Helaas voor hem bleek juist dat weer minder relevant dan gedacht, en in het toreneindspel kwam ik steeds dichter bij remise.Toen mijn pion op f5 niet tegen g6 ruilde, maar zelfs doorrende naar f6, moest Wilbert zijn toren ervoor geven. Dankzij enkele finesses waren zijn overgebleven pionnen langzamer dan de ene die ik nog had. Mijn dame en toren konden uiteindelijk alles tegenhouden. Nogal een ontknoping; ik begin te denken dat dat een beetje bij de avondcompetitie hoort.
Daarmee kwam er met een mooie 3½ – ½ overwinning een einde aan het seizoen. We eindigden met vijf overwinningen (waarvan een reglementair wegens het terugtrekken van Checkmate) en twee nederlagen. KiNG en Stukkenjagers, met al hun toppers, bleken (nog) een maatje te groot, alhoewel we ze desondanks aardig tegenstand konden bieden.Ik debuteerde dit seizoen als teamleider, althans bij WLC, en had beschikking over maar liefst zes vaste spelers. Toch had ik in twee wedstrijden nog aanvullende spelers nodig, vanwege allerlei redenen. Uiteindelijk werd Rudy topscorer met 3½ uit 5!
Voor volgend seizoen overweeg ik zelf de avondcompetitie een keertje over te slaan, vanwege een paar zaken die me lichtelijk irriteren. Waarom wordt het speeltempo bijvoorbeeld niet aangepast aan de huidige tijd? Nog steeds is het anderhalf uur voor 40 zetten, plus een kwartier voor de rest van de partij. Dit tempo was al in zwang in de jaren 80, als ik me niet vergis. Waarom gaat de NBSB niet met de tijd mee en komt er een tempo met increment? Ik denk dat er inmiddels geen club meer is die nog met oude Garde klokken speelt, dus dat kan de overweging niet zijn. En waarom worden de uitslagen niet na elke ronde ingediend bij de KNSB, zodat ze verwerkt kunnen worden in de KNSB-ratinglijst? Nog geen enkele partij uit de avondcompetitie is verwerkt, zelfs de partijen van vóór de ‘coronabreak’ niet.
Hieronder voor de volledigheid nog even de persoonlijke uitslagen van deze laatste wedstrijd en de scores per speler dit seizoen:
WLC A (2131) | De Drie Torens A (2021) | 3½ – ½ |
Thomas Kools (2178) | Huub Leemans (2006) | 1 – 0 |
Joep Nabuurs (2302) | Wilbert Kocken (2018) | 1 – 0 |
Rudy Simons (2010) | Joost van den Bighelaar (2038) | 1 – 0 |
Maarten Smit (2034) | Dennis de Vroe (-) | ½ – ½ |
WLC A | gem. | R1 | R2 | R3 | R4 | R5 | R6 | R7 | Totaal |
Thomas Kools | 1,2 | ½ | 1 | – | 1 | – | 0 | ½ | 5 – 3 |
Joep Nabuurs | 1,5 | – | 1 | – | 1 | 0 | – | 1 | 4 – 3 |
Robert Klomp | 2,5 | ½ | – | – | – | 1 | – | – | 2 – 1½ |
Maarten Smit | 3 | – | 1 | – | ½ | – | 0 | – | 3 – 1½ |
Rudy Simons | 3,4 | 1 | 0 | – | 1 | – | ½ | 1 | 5 – 3½ |
Henny Wilbrink | 3,67 | 1 | – | – | – | 0 | 0 | – | 3 – 1 |
Guus Bollen | 2 | – | – | – | – | 0 | – | – | 1 – 0 |
Tobias Jacobs | 4 | – | – | – | – | – | – | ½ | 1 – ½ |
Totaal | 3 | 3 | 4 | 3½ | 1 | ½ | 3 | 28 – 18 |
R1=KiNG B, R2=De Combinatie A, R3=Checkmate, R4=De Drie Torens A, R5=KiNG A, R6=De Stukkenjagers A, R7=Raadsheer A.